Daar waar de geur van mijn opa’s geboortestad Haarlem mijn zintuigen omhult, wordt mijn hart getroffen door een bijzondere sensatie. In deze stad, doordrenkt van mijn familiehistorie, ontvouwt zich een betoverende ambiance die zowel vertrouwd als intrigerend is. Onlangs begaf ik mij naar de Stadsschouwburg van Haarlem om de voorstelling van Jawad Es Soufi genaamd ‘Harira’ te ervaren, vergezeld van gelijkgestemde zielen.
Eerlijkheid gebiedt mij te bekennen dat mijn verwachtingen aanvankelijk niet hooggespannen waren. Voor mij dient comedy of cabaret diepere lagen te raken, een subtiliteit die vaak ontbreekt in het verlangen naar oppervlakkige lachsalvo’s. Dit gevoel bekroop me vooral bij het personage Sloegie, dat Jawad Es Soufi’s online bekendheid vergaarde. Mijn vrees was dan ook dat de hele voorstelling een aaneenschakeling zou zijn van matige sketches gebaseerd op dit typetje.

Maar mijn twijfels werden al snel weggevaagd bij de aanvang van de voorstelling. Het begon met een bijna emotioneel optreden van Hamza, een eerbetoon aan moeders dat diep resoneerde. Zijn stem raakte rechtstreeks het hart van het publiek, terwijl zijn melodieën een harmonie vonden met de verhalen die Jawad op het podium deelde, vaak refererend aan zijn eigen moeder. Dit werd gevolgd door een prachtige lichtshow die de spanning subtiel opbouwde. Toen Jawad het podium betrad, was het duidelijk dat Sloegie achterwege gelaten was. Es Soufi ontpopte zich als een ware meester in entertainment, behendig in zijn interactie met het publiek en virtuoos in het manipuleren van de sfeer. Een meisje dat filmt wordt scherpzinnig aangesproken op haar gedrag, en hoewel deze interactie wellicht ingestudeerd lijkt, weet Jawad altijd een treffende situatie te vinden, met een scherp oog voor detail.
Hier ligt dan ook de grootste kracht van Es Soufi. Hij doorgrondt zijn publiek als geen ander. Hij herkent niet alleen de Nederlandse kenmerken, maar ook de sociale media-generatie die speciaal voor hem de theaters betreedt. Op ingenieuze wijze speelt hij met hen, zonder dat zij het doorhebben, en toont hij zijn veelzijdigheid als meer dan alleen een comedian of leraar Nederlands. Het absurdisme waarmee hij de Marokkaanse cultuur uitvergroot, zonder deze belachelijk te maken maar juist herkenbaar te houden, is bewonderenswaardig.
‘Harira’, genoemd naar de steeds populairder wordende Marokkaanse soep, is werkelijk subliem. De interactie met het publiek is magisch, met zinnen als ‘Eén ding kan ik u garanderen, beste Nederlanders, u gaat met een rijker vocabulaire naar huis’ na het gebruik van enkele Arabische woorden. Jawad bespeelt de verschillende lagen van de bevolking die zijn show bijwonen, gekleed als een straatschoffie uit Rotterdam-Zuid, zonder dat het ook maar enigszins vervelend wordt.
Jawad vormt de brug tussen de vergrijzende Nederlandse theaterbezoeker, die in keurig Nederlands napraat onder het genot van een drankje, en de opgeschoten Marokkaanse jongere die de voorstelling bijwoont met muts op, winterjas aan en smartphone in de hand om elk grappig moment vast te leggen voor sociale media. Jawad is iemand die Nederland nodig heeft, en het is dan ook niet alleen positief dat hij onderdeel is van deze culturele soep, maar ook andersom: wij zijn allen verheugd dat Jawad deel uitmaakt van deze kleurrijke soep, zoals hij Nederland zo treffend beschrijft.