Afgelopen vrijdag gebeurde er iets krankzinnigs. Telstar – u weet wel, die club uit Velsen-Zuid die al sinds de uitvinding van kleurentelevisie geen Eredivisie meer van dichtbij heeft gezien – bereikte zowaar de finale van de play-offs. Een systeem zo onnavolgbaar dat alleen de KNVB het kan hebben bedacht. Niet de ‘Koninklijke Nietsdoeners & Viezerikken Bond’, zoals je hoopt, maar de ‘Koninklijke Nederlandse Voetbalbond’, wat nog veel treuriger is.

Telstar won. Den Bosch verloor. Het 711 Stadion – dat klinkt als een veredeld tankstation waar je ook een pakje peuken en een frikandel uit de muur kunt halen – werd spontaan bestormd door uitzinnige Telstar-fans. Geen stewards te bekennen. Geen ordedienst. Geen plan. Gewoon, veld op, hup. De Bosschenaren reageerden zoals Bosschenaren dat doen als ze verliezen: met frustratie en losse handjes. De witte leeuwen hadden misschien geprikkeld, misschien geschoffeerd, misschien gewoon gejuicht, wat al snel als provocatie wordt gezien in het amateuristische decor van de Keuken Kampioen Divisie.

En dan denk je: dit is voetbal in zijn meest pure, kneuterige vorm. Geen glitter, geen champagne, geen vuurwerkshows met dj’s die ‘de beleving’ omhoog moeten trekken. Wel rellen, modder, bier, schouderduwen en verwarring. De echte romantiek, zeg maar.

Maar dan dringt zich een andere vraag op: is Telstar wel klaar voor de Eredivisie? Geen feestje na afloop, geen georganiseerde erehaag, geen enkele vorm van blijdschap in regie. Alleen wat dolende fans, een paar jongens in trainingspakken en een stadion dat eruitziet alsof het elk moment kan instorten van ontroering. De club die zich ‘de Witte Leeuwen’ noemt, blijkt bij nadere beschouwing vooral een nest zachtaardige huiskatjes die per ongeluk te ver de jungle in zijn gelopen.

En toch. En tóch. Hoop ik dat er ergens een sponsor opstaat – een Vriend van Telstar, met een dikke portemonnee en een nog dikker hart – die zegt: elke speler, elke reservespeler, elke materiaalman en zelfs die gast die altijd de stoeltjes opklapt na afloop, krijgt 15.000 euro bonus. Gewoon omdat ze het verdiend hebben. Omdat je als club 50 jaar niks wint, niks bereikt en dan ineens zó dichtbij de hemel krabbelt, dat je iets terug moet doen.

Telstar staat op de drempel van de Eredivisie. Maar achter die deur staat niet de glorie te wachten. Daar staat de KNVB. Met zijn reglementen, zijn VAR’s, zijn stadionkeuringen, zijn marketingterreur. De echte leeuw. En onze witte leeuwen? Die zullen moeten laten zien of ze kunnen brullen of weer gewoon gaan spinnen.

Maar één ding is zeker: ik hoop dat ze het hol inlopen. En het onder plassen.