Ahmed Marcouch is geen burgemeester. Ahmed Marcouch is een vitrine. Een glazen etalagepop vol morele poses. Je ziet hem glimlachen op Instagram, met een kind op zijn arm en een betoog over verbondenheid in zijn hand, terwijl achter zijn rug de werkelijkheid langzaam afbrokkelt. Arnhem, de stad die hem een podium gaf, is veranderd in een theater waar Ahmed de hoofdrol speelt in een stuk dat hij zelf geschreven heeft: “Kijk mij eens menselijk zijn.”

Deze week huilde hij warme tranen om Vitesse. De club, met zijn 132-jarige geschiedenis, stond op omvallen – en Ahmed sprong op de barricades. Brief naar de KNVB. Post op Insta. Interviews. Pathos in de overdrive. Maar waar was hij al die jaren dat de club leeggeroofd werd door louche geldschieters met Russische roots en Arnhemse schijnheiligen? Hij had net zo goed de seizoensopening kunnen presenteren, zo soepel schoof hij met het beleid mee.

Maar dat is Ahmed: hij komt altijd net te laat, met een bloem en een cameraploeg.

Weet je wat hij níet postte? Dat er in 2020 een vernietigend rapport lag over discriminatie binnen de gemeente Arnhem. Een rapport van Tilburg University dat aantoonde dat mensen met een migratieachtergrond structureel minder kansen kregen. In plaats van actie te ondernemen, werd het rapport zwartgelakt en verzwegen. Bestuurlijke doofpotpolitiek in een regenboogjas.

Zijn eigen ambtenaren noemden het “angstaanjagend.” Maar ja, dat paste niet in de nieuwsbrief van de burgemeester.

Toen de Tweede Kamer zijn pleidooi voor een verbod op religieuze belediging afschoot, draaide hij zich soepel om naar de volgende spotlight: drillrap. Intimidatie. Of een paginagrote pleitbrief over Vitesse. Altijd iets nieuws. Altijd iets met glans. Altijd een beetje te laat.

Onder zijn bewind werd Arnhem geen veiligere stad. Geen rechtvaardigere stad. Maar wel een stad vol rookgordijnen, gentrificatie zonder ziel en beleid dat vooral goed klinkt tijdens een symposium. Terwijl de armoede groeit en de kloof dieper wordt, verdedigt Marcouch de stad alsof het zijn LinkedIn-profiel is.

En nu dus Vitesse. De burgemeester als supporter. De burgervader als hooligan in driedelig grijs. Hij roept dat de club “in Arnhemse handen” moet blijven, terwijl hij toekeek hoe buitenlandse investeerders het stadion vol mest gooiden. Een burgemeester met een bordje “Ik was er ook bij” – terwijl hij te laat kwam voor de aftrap én de blessuretijd.

Ahmed Marcouch is geen voorbeeld. Hij is een waarschuwingssignaal.

Een man die beter is in framing dan in leiding geven. Een bestuurder die liever interviews geeft dan antwoorden. Een burgemeester die de stad liefheeft, zolang het in de krant staat. Een influencer met een ambtsketting.

Fuck Arnhem.
Fuck Marcouch.
Love Marcel van Roosmalen.
Sorry dude.