Al weken stond de datum in mijn agenda gemarkeerd: “4 maart, 20.00 uur”, een kleine, veelbelovende noot van verwachting. Met elke dag die dichterbij kwam, veranderde mijn nieuwsgierigheid langzaam in een wazige anticipatie. De uitnodiging was van een collega die me vroeg hem te vergezellen naar een herdenkingsavond voor Paul de Blot, een man wiens levensverhaal beloofde te inspireren.

Paul de Blot was een man geboren in 1924 in Indonesië, iemand die de donkerste bladzijden van onze geschiedenis niet alleen had gelezen, maar ook had beleefd. Hij overleefde vijf jaar in een concentratiekamp, maar vond de veerkracht om op te staan en zich te wijden aan de chemische technologie en de wederopbouw van West-Java. Zijn reis stopte daar niet. Hij werd Jezuïet, droeg bij aan de heropbouw van Hiroshima, en zette zich in voor academische ontwikkeling en politieke slachtoffers in Indonesië, voordat hij uiteindelijk professor werd in Business Spiritualiteit aan de Nyenrode Business Universiteit.

Op de bewuste avond waren we in Breukelen, bij Nyenrode, een plaats doordrongen van ambitie. Voordat we de lezing bijwoonden, dineerden mijn collega en ik bij Loetje, bekend om zijn biefstukken drijvend in jus. Maar mijn aandacht tijdens het diner was ergens anders. Bij binnenkomst observeerde ik de serene omgeving, waarbij mijn oog viel op een Marokkaans gezin dat ook aanwezig was. Er was niets halal op het menu, dus koos ik voor de zalm, eveneens zwemmend in jus.

Toen mijn collega zich excuseerde naar het toilet, observeerde ik hoe het gezin interageerde, wachtend tot hun dochter haar maaltijd op sociale media vastlegde. Maar wat me diep trof, was hoe de andere gasten naar hen keken. Ze werden aangestaard alsof ze een curiositeit waren, niet ongelijk aan hoe zeldzame dieren in een dierentuin bekeken worden. Dit was pijnlijk om te zien, vooral in een wereld die veel inclusiever zou moeten zijn.

De vrouw van het gezin voelde zich zo bekeken dat ze niet verder kon eten en verzocht om de rekening. “Iedereen zit ons aan te staren. Zullen we gaan?” vroeg ze aan haar man. Met pijn in mijn hart zag ik hoe ze snel de zaak verlieten, de blikken van de andere gasten voelend in hun rug. Ik wilde opstaan en mijn excuses aanbieden namens iedereen, maar ik bleef zitten, versteend en teleurgesteld.

Dit moment verduidelijkte een harde realiteit: ondanks onze vooruitgang zijn er nog steeds plekken waar mensen niet welkom zijn vanwege hun achtergrond of geloof. Dit doet me pijn, want het toont aan dat we nog een lange weg te gaan hebben naar werkelijke acceptatie en gelijkheid.

De avond was bedoeld als een bron van inspiratie door het levensverhaal van Paul de Blot, maar het leerde me iets veel belangrijkers over onze samenleving vandaag. De veerkracht die De Blot toonde in zijn leven, moeten wij nu tonen in onze strijd voor een inclusievere wereld, waar niemand zich een buitenstaander hoeft te voelen, of ze nu in Breukelen zijn of elders. Laten we niet alleen doorleven, maar ook voorleven.