Ik keek naar RTL 4. Een uitzondering. Ik kijk bijna nooit tv. Geen tijd. Te veel werk. Kinderen die alles van me vragen. Moe. Altijd moe. U kent het wel. Maar ik keek. Bureau Maastricht.

Ik ben altijd wel fan van Ewout. Dat mannetje heeft het toch maar geflikt. Van een homoseksuele acteur in een of andere vergeten c-serie – Zoop heette het, geloof ik – naar een journalist met programma’s die echt ergens over gaan. Niet zomaar entertainment, maar verhalen waar je bij blijft hangen. Dit verhaal had dat ook.

Een zwarte Opel Astra Cabrio werd van de weg gehaald. Zo’n auto die ooit bedoeld was om stijlvol te zijn, maar inmiddels vooral overkomt als een slechte grap. De lak gebarsten, het interieur versleten. De reden voor de aanhouding: geen gordel, geen verzekering, geen excuses. De agenten zetten de auto stil op het trottoir. Een jongeman sprong eruit.

Hij droeg een lichtblauw jeans tuinpak. Geen grap, een tuinpak. Iets dat niemand meer draagt, en zeker geen man. Het had iets tragisch. Hij gaf alles toe. Geen rijbewijs. Klopt. Cannabis en cocaïne in zijn bloed. Klopt ook. Hij bleef beleefd. Onvoorstelbaar beleefd zelfs. Geen verzet, geen drama. Alleen een blik die iets verraadt wat woorden niet kunnen vangen.

En toen kwam het. Hij begon te praten. Zonder dat iemand ernaar vroeg. “Ik heb net mijn dochter verloren. En mijn vader.” Stilte. Maar niet voor lang. “Ik heb gediend. Afghanistan. Van 2001 tot 2003. We waren op jacht naar Bin Laden. Ik ben maatjes kwijtgeraakt aan een bermbom. Ik heb moeten schieten op kinderen.”

Dat laatste sneed door alles heen. Ik voelde het zelfs vanuit mijn bank, veilig in mijn woonkamer. Hij zei het zonder opsmuk, zonder zelfmedelijden. Alsof hij het al honderd keer tegen zichzelf had herhaald. Alsof het alleen maar feiten waren, terwijl het allesbehalve dat was.

Ik keek naar hem. Naar dat idiote tuinpak. Naar de gebroken man die erin zat. Hij had niets meer, behalve beleefdheid. Alsof hij dacht: Ik heb al mijn waardigheid verloren, maar misschien red ik nog een restje hiervan. Ik wilde hem helpen. Hem troosten. Hem iets geven dat verder ging dan geld of woorden. Maar hoe help je iemand die zijn dochter, zijn vader, zijn maatjes én zichzelf is kwijtgeraakt?

De agenten deden hun werk. De jongen bleef beleefd. De camera’s draaiden. En ik? Ik bleef zitten. Op mijn bank. Machteloos. Ik keek naar RTL 4. En ik werd verdrietig.